Aah, alweer hoofdpijn! Dan maar even een aspirientje. Toch handig dat er zoiets in het medicijnkastje ligt, klaar om te gebruiken. Toch is het eigenlijk wel gek, dat je zomaar ‘pijn’ uit kunt schakelen, want dat is toch eigenlijk een manier van je lichaam om te zeggen dat er iets niet goed gaat? Hoe werkt zoiets als aspirine nou…

Wat is aspirine?

Aspirine (acetyisalicylzuur) wordt bereid uit salicylzuur (de systematische naam is 2-hydroxybenzeencarbonzuur) en azijnzuur-anhydride, twee chemische stoffen. Natuurlijke aspirine bestaat al heel lang en komt bijvoorbeeld voor in wilgenbast en de Grieken maakten daar al dankbaar gebruik van. Aspirine, zoals wij die kennen, wordt al meer dan 90 jaar door miljarden mensen over de hele wereld gebruikt.

Wat is de functie van aspirine?

Aspirine is niet alleen een pijnstillend middel (analgeticum), maar het heeft ook nog andere positieve effecten op ons lichaam. Het verminderd de kans op hart- en vaatziekten en helpt tegen koorts en ontstekingen. Verwacht wordt dat aspirine ook een kankerremmende werking heeft, maar hier wordt nog veel aan onderzocht.

Hoe werkt aspirine?

Aspirine remt de aanmaak van prostaglandines. Het enzym dat prostaglandines maakt (cyclooxygenase) word namelijk uitgeschakeld. Prostaglandines zijn chemische stoffen die verantwoordelijk zijn voor een groot aantal processen. Ze hebben bijvoorbeeld te maken met het stimuleren van pijnprikkels, verwijding en vernauwing van bloedvaten, je lichaamstemperatuur en nog een heleboel ander dingen.

Als je pijn hebt, maken cellen in het weefsel waar de pijn vandaan komt stofjes (onder invloed van cytokinen en mitogenen), die de zenuwuiteinden prikkelen waardoor een elektrisch signaal ontstaat. Prostaglandines zijn nodig om het signaal door te sturen naar je hersenen, zodat je pijn bewust wordt. Doordat de aspirine de aanmaak van prostaglandines remt, worden ook de pijnprikkels niet meer doorgegeven aan je hersenen en voel je de pijn dus niet.

Doordat prostaglandines bij bijvoorbeeld een infectie ook verantwoordelijk is voor de ontstekingsreactie, waarbij de lichaamstemperatuur oploopt, werkt de aspirine ook koortsverlagend. Aspirine gaat dan namelijk ook die ontstekingsreactie tegen door te zorgen dat er weinig prostaglandines zijn. Te veel aspirine is natuurlijk ook niet goed, omdat er door de afwezigheid van prostaglandines ook processen worden tegengehouden die nodig zijn in het lichaam.

Aspirine helpt, zoals bovenaan gezegd, ook tegen hart- en vaatziekten. Hart – en vaatziekten zijn vaak het gevolg van bloedklontjes en omdat aspirine antistollend werkt (door weer prostaglandines uit te schakelen, die verantwoordelijk zijn voor stollingsprocessen), heb je daar dan minder last van.

Christa Nederstigt