Het hart van de mens is ongeveer even groot als een vuist. Het hart wordt verdeeld in een linkerhelft en een rechterhelft. Zo’n helft kan weer in twee delen verdeeld worden: de hartboezem en de hartkamer. Bloed komt het hart via de rechterboezem binnen en gaat dan eerst naar de rechterkamer. Deze pompt het bloed door de longen, waarna het bloed de linkerboezem in stroomt. De linkerkamer pompt vervolgens het bloed door je lichaam, waarna het weer je rechterboezem instroomt.

Hedwig Kikkert