Zicht is een van de belangrijkste dingen die er bestaat. Stel je eens voor: niet in staat zijn om degene te zien met wie je aan het praten bent of kunnen lezen wat er in een e-mail staat. Gelukkig bestaat er ook een middenweg tussen zien en niet zien en dat is slecht zien.

Je ogen werken als ontvangers van signalen uit je omgeving. Deze signalen worden doorgegeven aan de hersenen om vervolgens te worden omgezet in waarnemingen. In je hersenen zie je dus eigenlijk pas. Kort gezegd is dat hoe je ziet, maar dat zit natuurlijk ingewikkelder in elkaar.

Werking van het oog

Je kunt je oog vergelijken met een fototoestel. Net zoals in een camera bevinden er zich lenzen in het oog (de ooglens en het hoornvlies) en is er een ‘functie’ om het licht dat binnenkomt te bepalen (de pupil).

Het beeld, datgene wat je ziet, komt je oog binnen via je lens. Het beeld dat je oog binnen komt wordt op je netvlies geprojecteerd. Dit gaat niet zomaar. De ooglens kan door boller te worden en minder vol te worden van sterkte veranderen. Op deze manier kan je van dichtbij en van veraf zien. Samen met het hoornvlies buigt de ooglens het binnengekomen licht. Lichtstralen komen als rechte lijnen je oog binnen maar moeten worden afgebogen naar je netvlies waarop deze worden geprojecteerd. Lichtstralen die van links komen moeten rechts worden afgebogen, stralen die van rechts komen moeten links worden afgebogen, etc. Om ervoor te zorgen dat er genoeg licht is om het voorwerp duidelijk te kunnen zien is er de pupil. Als er te veel licht is zorgt de pupil ervoor dat deze kleiner wordt. Er komt dan minder licht binnen, als er te weinig licht is wordt de pupil juist groter.

Het beeld dat je oog binnen komt wordt op je netvlies geprojecteerd. Het komt hier ondersteboven en erg klein binnen. Via je oogzenuw komt dit beeld in je gezichtscentra in je hersenen terecht. De beelden van beide ogen worden hier gecombineerd en er ontstaan een beeld.

Bijzienheid

Het kan zijn dat je niet goed kan zien. Je ziet dan bijvoorbeeld dingen dichtbij wel goed, maar veraf is het onscherp of het kan zijn dat je juist van dichtbij niet goed kunt zien.

Als je van dichtbij nog goed kan zien maar dingen van veraf minder goed zichtbaar zijn spreken we van bijziendheid. Bijziendheid of myopie komt doordat het hoornvlies te bol is of het oog te lang. Als je hoorvlies te bol is worden de lichtstralen die binnen komen te veel afgebogen. Normaal zouden deze lichtstralen op het netvlies vallen maar nu vallen ze voor het netvlies. Dat gebeurt ook bij een te lang oog, de lichtstraal haalt het netvlies simpelweg niet. Er ontstaat dan geen scherp beeld op het netvlies zelf. Hoe sterker de bijziendheid, hoe korter de afstand is dat je nog wel scherp kan zien.

Verziendheid

Het kan ook zijn dat de lichtstralen in plaats van op of voor je netvlies, achter je netvlies worden geprojecteerd. Dit noemen we verziend of hypermetropie. Mensen die hier last van hebben kunnen dichtbij niet goed zien maar veraf juist wel.

Verziendheid kan twee oorzaken hebben. Het oog is simpelweg te klein of de lens en het hoornvlies buigen de lichtstralen die je ogen binnenkomen te weinig. Je ogen zullen dan proberen te accomoderen. Accommodatie is het boller maken van de lens. Voorwerpen die dichtbij zijn kunnen dan scherper gezien worden. De lichtstralen worden dan namelijk sterker gebogen waardoor je dichtbij ook goed kunt zien. Het accomoderen gebeurt doordat kleine spiertjes zich rond de lens samentrekken. Iedereen accomodeert. Mensen die last hebben van verziendheid moeten extra accomoderen waardoor ze last kunnen krijgen van hoofdpijn, vermoeidheid, scheelzien of wazig zien.

Bril of contactlenzen

Beide vormen van slechtziendheid kunnen worden gecorrigeerd door het dragen van een bril of contactlenzen. De glazen van een bril of de contactlenzen hebben invloed op de breking van de lichtstralen. Als je bijziend bent zal een bril of een paar lenzen ervoor zorgen dat de breking van de lichtstraal wordt verminderd. Op deze manier zal de lichtstraal wel op je netvlies worden gebrand. Het brandpunt wordt zo verschoven. Bij verziendheid zullen de brillenglazen of contactlenzen precies het tegenovergestelde doen. De breking van de lichtstralen zal worden vermeerderd. Op deze manier wordt het beeld niet langer achter maar op het netvlies geprojecteerd. Er bestaan ook chirurgische ingrepen om verziendheid en bijziendheid te corrigeren, onder andere lasertechnieken vallen hieronder.

Sophie Moerland